Sterk afgeplat, ruitvormig lichaam, met twee aan de kop vergroeide borstvinnen. Staart lang en puntig. Gemiddeld 65-75 cm (tot circa 85 cm). Rug donker of lichter. Geelbruin met lichtere ovaalronde stippen en vlekjes en onregelmatige golvende lijnen en vlekken. Snuit vaak lichter. Buik wit, met donkergrijze randen. Snuit kort, matig spits. Rand langs lichaamsschijf duidelijk gegolfd (hiervan komt de Nederlandse naam). Op het lichaam aan de rugzijde kleine doornachtige stekels, die op de snuit staan het dichtst op elkaar. Rugvinnen op de staart afgerond, ver uit elkaar. Buikvinnen tegen de staartbasis aan, inclusief twee lobvormige uitsteeksels. Stekels bij jonge dieren onregelmatig, bij volwassen dieren regelmatig. Mannetjes op middenlijn een rij van 20–55 stekels. Ogen en spuitgaten (spiraculi) klein, Mond, neusgaten en vijf paar kleine kieuwspleten aan de buikzijde.
[Lees verder...]